Sara komt binnen. Ze kijkt naar de klok. Een uur, een rondje op de klok, dat weet ze. Ze heeft dezelfde gele broek aan met vlekken die er niet meer uit gaan, haar laarzen zien er net zo uit geleefd uit. Waarschijnlijk haar lievelingskleren, denk ik, wat fijn!
“Nee, mama, je moet nog niet weg gaan”. “Ja, zegt moeder, want dan ga ik een lekker broodje voor je halen, anders heb ik daar geen tijd voor. En dan heeft de speel-juf meer tijd voor jou!” Een teleurgesteld gezicht. Moeder is resoluut, pakt het jongere broertje bij de hand, wat eigenlijk net zijn oog heeft laten vallen op de garage met geweldige raceauto’s en een echte Engelse taxi. Met een boos en rood aanlopend gezicht laat hij zich mee trekken.
Sara is stil, kijkt rond! “Wat ziet ze, wat zou ze vandaag gaan doen?”, denk ik en volg haar in wat zij doet. Het is de tweede keer dat ze hier is, de eerste keer ging ze direct het keukentje in, zodra mama de deur uit was. Ze raakte alles aan. De houten plank, potjes en pannetjes. Het paarse kopje met de groene stippels pakt ze op, bekijkt het van alle kanten.
“Wat zou ze denken?” Met haar vingers langs het deurtje van het kleine witte kastje dat aan de muur hangt, bij het knopje trekt ze het open. Ze tast in snel tempo alles af, alsof het pas gezien is als het aangeraakt is. Een klein flesje, bakvormpje, doosje, schoteltjes.
“En nog altijd zegt zij niets.” Ineens zet ze de pannetjes op het rode houten gasfornuisje, stopt er de stoffen prei en de plastic groene appel in. Broodstukken op de gekleurde bordjes, bordjes op het blauwe ronde dienblad. Dan schiet ze de hoek in; kijkt blij, en pakt een pop uit het poppenbedje. Gretig duwt ze de prinsessenjurk en politieoveral aan de kant en snuffelt in de hoek naar meer. Ze ontdekt een dozijn knuffels.
Nu hoor ik wat geluiden: “oh”, en “ach” en “o”. Ze gaat zitten op de grond en komt daar een kapotte piano tegen, na wat getokkel geeft ze hem een duw. Op de grond maakt ze een cirkel van de groengele slang. De slang is niet lang genoeg om de cirkel te sluiten, ze vult hem op met net zoveel knuffels tot hij dicht is. Ik zie een afbakening, en een ietsje tevreden gezicht. Maar niet voor lang.
Sara is druk bezig met de pop andere kleren aan te trekken en dan valt haar mond weer terug in een sombere streep. Haar gelaatsuitdrukking is vlak, haar ogen een beetje dof. “Somber”, komt er in mijn hoofd op en eigenlijk kan het haast niet anders met alles dat Sara het laatste jaar overkomen is; Haar zus met autisme is gestopt met praten, het gezin is verhuisd vanuit het warme Spanje, en nu zijn ook nog haar ouders gescheiden.
“Rust”, zegt Sara, “ik wil dat ze me met rust laten” Sara vindt een glazen stok met een rode vloeistof erin, als zij de stok heen en weer beweegt komen er allerlei glinsterende figuurtjes in beweging. Gefascineerd kijkt ze ernaar. Het lijkt alsof ze opgenomen wordt in de vloeistof, haar gezicht vertoont zachte gelaatstrekken, een flauwe glimlach speelt rond haar mond. Nog even Stilte graag!