Olivier moet over een week naar het ziekenhuis voor een keeloperatie. Hij is hier bang voor en wil er niet over praten. Olivier komt binnen samen met zijn moeder. Hij heeft van Playmobile draken en ridders meegenomen. De ridders zijn stoer hebben schilden en zwaarden. Rustig bewonder ik alles wat hij doet en laat zien.
“Kijk nou, twee draken. Zijn het aardige draken?” “Nee”, zegt Olivier, “ze zijn hartstikke gevaarlijk, ze spugen vuur.” “Wat gaan die ridders doen?”, vraag ik en Olivier begint te vertellen. “De ridders gaan de draken verslaan”, zegt hij, “kijk maar!”. Hij zet een linie tegenover de draken en begint op ze in te hakken met een hoop geluiden en gespetter. Zo ze kunnen goed hakken en steken.
Zijn de ridders niet bang voor de draken? Nee de ridders zijn niet bang voor de draken, de mensen wel, die zijn bang voor de draken. We spelen samen op de tafel en ik zie een ontspannen en vrolijk gezicht bij Olivier. Hij beantwoord de vragen makkelijk en is duidelijk op zijn gemak. We hebben goed contact en ik besluit dat ik hem kan vragen naar zijn reden van komst.
“Olivier weet je wat ik nu zo knap vind van jou?
Dat je zo moedig bent om bij mij te komen. Want je krijgt een operatie, daar ben je bang voor en dat heb je heel goed aan papa en mama laten weten. Klopt dat?”
“Ja”, zegt Olivier.
“En nu mag je bij mij komen, want je wilt niet bang zijn, maar je wilt het er ook niet over hebben. Klopt dat ook?”
Oliver knikt Ja
“Daar ga ik dan heel goed mijn best voor doen, maar als ik er dan toch per ongeluk over praat kan jij mij dit dan laten weten?”
“Ja,” zegt Olivier weer.
“En hoe doe jij dat dan? Ga je dan net als die draken vuurspugen, of ga je net als die ridders steken met een zwaard?”
Olivier lacht. “Ik ga het zeggen”, zegt hij
Toch wil ik weten wat hij precies wil veranderen? Want ik kan niet veranderen dat de operatie door gaat, of dat hij het niet spannend vindt. Want natuurlijk is het spannend, hij heeft dit nog nooit mee gemaakt. En ook moet hij weten dat Papa, mama hebben besloten dat er een operatie komt, omdat ze denken dat het beter is voor Olivier. En ze weten dat dit een fijne dokter is die de operatie goed kan. Hiermee wordt het voor Olivier duidelijk dat er een belangrijke reden is waarom de operatie gedaan moet worden en dat hij zich eraan kan overgeven omdat papa en mama vertrouwen hebben in deze dokter.
Olivier zegt dat hij niet bang wil zijn voor de operatie. Weten is meten! Ik vraag aan Olivier aan te geven hoe bang hij is van 0 tot 10. Een 9, zegt hij en hij wil nog maar 4 of 5 bang zijn. Weer geef ik complimenten aan Olivier, omdat hij het er toch even een beetje over gehad heeft en dat is heel moedig. En ook heel slim, want nu kunnen we verder werken en kan ik goed nadenken over hoe ik hem kan helpen te vinden wat hij nodig heeft om minder bang te zijn. Omdat we het er toch even over gehad hebben, ga ik ervan uit dat het spannend is geweest voor hem. Daarom laat ik het drakenspel even voortduren, zodat hij zich helemaal kan ontspannen. Check ik even hoe hij zich voelt en hij zegt:” fijn”. Olivier kijkt trots en we spelen verder.
Dan vraag ik of Olivier weet wat tegenstellingen zijn. Hij weet er best veel, zo ook bang en blij, bang en vertrouwen. “Vertrouwen doe je de mensen die je lief vindt”, zegt Olivier. Hij vertrouwt zijn zus, die ook hier is geweest en die ook bang was, maar dan voor dromen. Zij heeft toen iets gemaakt om de enge dromen tegen te houden. Een dromenvanger waar allerlei kwaliteiten van haar ingevlochten zaten. Olivier wil ook iets maken.
Als Olivier naar huis gaat, weet hij dat wanneer hij bang is, dat hij ook nog steeds stoer en dapper is. En dat als hij het spannend vindt, hij kan zoeken naar fijne dingen, waardoor hij kan ontspannen.
Olivier komt nog één keer. Zijn zelfgemaakte dromenvanger neemt hij mee. Er zitten vooral knopen in. Rode en blauwe, want dat zijn zijn lievelingskleuren. Er zit een spin in en er hangt een hondje aan. En hij vertelt van stoer en sterk. Hij wil het ridderspel spelen. (Een coöperatief spel: wij als ridders tegen de draken).
Als de ridders lijken te gaan winnen, maar er geen draken meer komen, vraag ik aan Olivier hoe hij het spel tot dan toe vindt. Het wordt saai, zegt hij. Check: dus een beetje bang zijn is ook wel spannend? Ja dat bedoelt hij! En moet erom lachen. Is het ziekenhuis dan misschien ook spannend? Wat heb jij nodig om, net als de ridders, jezelf tegen bang zijn te beschermen? Een schild en een zwaard, zegt Olivier.
Olivier maakt, met zijn tong tussen zijn lippen, ook nog twee schilden, een zwaard en een knots. In het schild tekent hij zijn lievelingskleuren, veel hartjes en twee torens waar zowel hij als ik, lachend in zitten. Hij tekent een brug, zodat we naar elkaar toe kunnen. Ondertussen vertel ik dat je met je ogen dicht de schilden en zwaarden kan zien en als je een bang gevoel krijgt dit kan weg sturen hiermee.
De sessie is afgelopen, Olivier heeft veel gespeeld, vertelt en veel kwaliteiten zijn langsgekomen. Hij is blij en trots en vertrekt vol goede moed naar huis. De volgende dag is de operatie. Olivier vond het spannend, maar heeft zich zonder problemen laten behandelen.